Hart van Europa, Manneken Pis, gezellige terrasjes op de Grote Markt, de Europese Commissie, Atomium en Kinepolis, inderdaad… Brussel. En werkelijk níets van dat alles hebben we gezien. Het was dan ook maar kort en enerverend. Eééventjes op en neer met de trein naar Brussel en weer terug. Mijn collega en ik reisden af naar deze metropool om een interview te houden met een relatie van onze opdrachtgever. En wat is het dan jammer dat je niet even de tijd kunt nemen om te genieten van deze prachtige stad, maar zaken zijn zaken, helaas. Niettemin heb ik genoten. Een kinderhand is dan ook gauw gevuld. Ik vind het namelijk alleen al fantastisch om weer Frans om me heen te horen spreken en niet te vergeten zelf Frans te spreken, dat mis ik toch echt. De warme en hartelijke ontvangst van onze gastheer maakte het gemis aan attracties ruimschoots goed. Waar ik niet anders gewend ben dan gehaaste, norse respondenten die met verveelde gezichten nauwelijks voorbereid bij je aan tafel schuiven, had onze Vlaamse respondent zich uitermate goed geprepareerd. Een uitgebreide presentatie, informatiemappen, openhartige discussies waarbij hij zeer bereidwillig was om kennis te delen en ons ten slotte trakteerde op een overheerlijke lunch met echte Vlaamse frieten, biefstuk, salade en een heerlijke rode wijn. Amai! Het viel niet mee om daarna nog scherp te antwoorden! Hij vertelde ook veel over België zelf, over de politiek, maatschappelijke kwesties en de structuur van de taalgemeenschappen. Er is een Vlaamse (Nederlandstalige) gemeenschap, een Waalse (Franstalige) gemeenschap en een Duitse gemeenschap. De gemeenschappen hebben relatief veel invloed, bijvoorbeeld op het onderwijssysteem, en zij zijn dan ook in evenredige aantallen vertegenwoordigd in elke organisatie. Nu zou ik denken dat België bij uitstek het land is waar men van jongs af aan heeft geleerd samen te werken met mensen die verschillende talen spreken en die ook een andere cultuur hebben. ‘Niets is minder waar,’ vertelde onze respondent. ‘Er is een groot cultuurverschil ook binnen organisaties tussen Franstaligen en Nederlandstaligen en dat botst in praktijk. Alle papierkes moeten in het Frans, Duits en Nederlands worden aangeleverd, zelfs die concepten, anders worden ze niet in behandeling genomen. Tijdrovend en het leidt vaak tot spanningen op de werkvloer. We zijn er nog lang niet.’ Dan heeft Nederland het toch een stuk makkelijker met alleen het Nederlands als officiële taal. We mogen niet klagen. Gelukkig maar, want de Nederlandse conducteur die ons in de internationale trein weer terug naar Den Haag vergezelde, had de grootste moeite met het viertalig oplezen van de stations die we passeerden: ‘Ladies and gentlemen, in a few moments Dordrecht station. Please think about your belongings. This train stops only in Den Hague Hollands Spoor, Den Hague Central Station and continues to Amsterdam.’ Amai!
28 juni 2006
Bruxelles
Hart van Europa, Manneken Pis, gezellige terrasjes op de Grote Markt, de Europese Commissie, Atomium en Kinepolis, inderdaad… Brussel. En werkelijk níets van dat alles hebben we gezien. Het was dan ook maar kort en enerverend. Eééventjes op en neer met de trein naar Brussel en weer terug. Mijn collega en ik reisden af naar deze metropool om een interview te houden met een relatie van onze opdrachtgever. En wat is het dan jammer dat je niet even de tijd kunt nemen om te genieten van deze prachtige stad, maar zaken zijn zaken, helaas. Niettemin heb ik genoten. Een kinderhand is dan ook gauw gevuld. Ik vind het namelijk alleen al fantastisch om weer Frans om me heen te horen spreken en niet te vergeten zelf Frans te spreken, dat mis ik toch echt. De warme en hartelijke ontvangst van onze gastheer maakte het gemis aan attracties ruimschoots goed. Waar ik niet anders gewend ben dan gehaaste, norse respondenten die met verveelde gezichten nauwelijks voorbereid bij je aan tafel schuiven, had onze Vlaamse respondent zich uitermate goed geprepareerd. Een uitgebreide presentatie, informatiemappen, openhartige discussies waarbij hij zeer bereidwillig was om kennis te delen en ons ten slotte trakteerde op een overheerlijke lunch met echte Vlaamse frieten, biefstuk, salade en een heerlijke rode wijn. Amai! Het viel niet mee om daarna nog scherp te antwoorden! Hij vertelde ook veel over België zelf, over de politiek, maatschappelijke kwesties en de structuur van de taalgemeenschappen. Er is een Vlaamse (Nederlandstalige) gemeenschap, een Waalse (Franstalige) gemeenschap en een Duitse gemeenschap. De gemeenschappen hebben relatief veel invloed, bijvoorbeeld op het onderwijssysteem, en zij zijn dan ook in evenredige aantallen vertegenwoordigd in elke organisatie. Nu zou ik denken dat België bij uitstek het land is waar men van jongs af aan heeft geleerd samen te werken met mensen die verschillende talen spreken en die ook een andere cultuur hebben. ‘Niets is minder waar,’ vertelde onze respondent. ‘Er is een groot cultuurverschil ook binnen organisaties tussen Franstaligen en Nederlandstaligen en dat botst in praktijk. Alle papierkes moeten in het Frans, Duits en Nederlands worden aangeleverd, zelfs die concepten, anders worden ze niet in behandeling genomen. Tijdrovend en het leidt vaak tot spanningen op de werkvloer. We zijn er nog lang niet.’ Dan heeft Nederland het toch een stuk makkelijker met alleen het Nederlands als officiële taal. We mogen niet klagen. Gelukkig maar, want de Nederlandse conducteur die ons in de internationale trein weer terug naar Den Haag vergezelde, had de grootste moeite met het viertalig oplezen van de stations die we passeerden: ‘Ladies and gentlemen, in a few moments Dordrecht station. Please think about your belongings. This train stops only in Den Hague Hollands Spoor, Den Hague Central Station and continues to Amsterdam.’ Amai!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
We zouden het makkelijker moeten hebben maar maken er net zo'n zooitje van.
Ik vind het altijd aandoenlijk als conducteurs andere talen gaan spreken. Ze doen het toch maar mooi! En tja, België, het is niet voor niets dat dat land geen sterke economie heeft.
Raar eigenlijk, die verdeeldheid. Alsof het niet één land is, maar twee. Wij en zij. Wat een bureaucratie!
Maar wel een lekker werkdagje voor jou :-)
@ Penguin: en na gister is de puinhoop helemaal niet meer te overzien. We worden finaal uitgelachen in het buitenland.
@ She: nee, economisch gaat het België niet bepaald voor de wind.
@ Goentah: ik vind het dus inderdaad opmerkelijk dat die verdeeldheid blijft bestaan. Dat het land die niet ontgroeit en dat het dus zelfs op werkniveau leidt tot problemen.
Een reactie posten